Ieder bedrijf heeft zijn specialisatie. Aannemerij en Bomenrooierij P. Veenstra uit Nijensleek heeft zich de afgelopen jaren ook gespecialiseerd en wel in het werken in drassige, natte gebieden. Voor deze reportage vroegen zij of wij naar Nationaal Park Weerribben-Wieden wilden komen, waar ze bezig zijn om op een veenbodem bomen te kappen. Een gewaagde klus.
Op het moment van ons bezoek in februari jl. is het bedrijf net bezig om, in samenwerking met Aannemersbedrijf Oosterhuis uit het Drentse Nijeveen, voor opdrachtgevers Staatsbosbeheer en Provincie Overijssel bomen te kappen en te rooien in Nationaal Park Weerribben-Wieden. “Daarbij is Aannemersbedrijf Oosterhuis de hoofdaannemer en wij zijn onderaannemer”, legt Gerard Bouma, bedrijfsleider bij Aannemerij & Bomenrooierij P. Veenstra uit.
“Oosterhuis heeft ons gevraagd, omdat wij gespecialiseerd zijn in werken in drassige, natte gebieden. En verder heeft Oosterhuis niet de capaciteit qua machinepark om deze klus alleen te kunnen klaren.” Een van de redenen om de bomen in de Weerribben-Wieden te kappen, is omdat Staatsbosbeheer dit veengebied wil herstellen. Een goed ontwikkeld veengebied neemt per vierkante meter namelijk meer CO2 op dan bijvoorbeeld bos.

Rijden over water
Over gewaagde klussen gesproken, bij deze werkzaamheden in het nationaal park rijden zowel Aannemersbedrijf Oosterhuis als Aannemerij & Bomenrooierij P. Veenstra met tonnen zware machines over een dik veenkussen met daaronder zo’n 1,5 tot 2 meter water. Rijden met kranen, vrachtwagens en versnipperingsmachines is alleen mogelijk door over dikke grote stalen rijplaten te rijden. En zelfs dan zie en voel je de bodem onder je nog flink golven. Bouma: “Het is echt goed oppassen voor de machinisten en chauffeur, één verkeerde beweging of onoplettendheid en je ligt met je machine in het moeras of water. En de machine eruit halen is een vrijwel onmogelijke klus hier in dit gebied. Grote kranen kunnen hier absoluut niet komen.”
Naast de expertise van de chauffeurs en machinisten is ook het werk van de shovelchauffeur die de rijplaten legt, cruciaal in dit veengebied. De stalen rijplaten moeten elkaar voldoende overlappen, om voldoende stevigheid te geven om het gewicht van de grote kranen en versnipperaar te kunnen dragen. Er zijn volgens Bouma soms ook stukken van twee of drie meter breedte waar het veen zo weinig draagkracht heeft, dat iets extra’s moet worden toegevoegd voor extra draagkracht. “Dan legt de shovelchauffeur onder de rijplaten nog eens twee of drie lagen boomstammen. Daar overheen komen dan de rijplaten en dan zakken de machines ook niet weg.”

Alleen vooruit, achteruit onmogelijk
Lijkt het werk op de rijplaten al een hachelijke onderneming in dit veengebied, het werk van de machinist even verderop die bomen afzaagt met een Cirkelzaag Grijper 811R-1650 van Groeneveldt Grijpers uit Groot-Ammers, is nóg veel risicovoller. Het veen heeft daar zo weinig draagkracht dat met dragline rijschotten gewerkt wordt. En de Volvo rupskraan kan maar één kant op, namelijk vooruit. Bouma: “Op het veengedeelte waar hij al gereden heeft over de dragline rijschotten is het veen namelijk zo ingedrukt (het water is daar dan ook weer boven het veen te zien), dat de weerstand te klein is als hij terug zou rijden. Dan zou hij het veen in zakken.” De Cirkelzaag Grijper 811R-1650 heeft een zaagdiameter van dertig centimeter en kan dus flinke bomen omzagen. De zaagwiel diameter is 86 centimeter en de sluitkracht van de grijper is maar liefst 70kN.
Nog een reden om op deze manier te werk te gaan op dit slappe veengedeelte is dat hier geen gedeeltes zijn zonder bomen. Dat betekent dus dat je alleen veen met veel stobben hebt. Bouma: “En de grote rijplaten kun je natuurlijk niet over die stobben leggen. De drageline schotten zijn zo smal dat je ze vrijwel altijd wel om de stobben heen kunt leggen. Het verplaatsen van de dragline schotten wordt overigens door de kraanmachinist zelf gedaan met behulp van de bomengrijper. Je kunt je voorstellen dat deze machinist dus zeer behendig moet zijn. Het is overigens wel zo dat je met de Cirkelzaag Grijper 811R-1650 zeer laag bij de grond kunt afzagen, dus je houdt hele kleine stobben over. Dit soort werkzaamheden durven maar enkele bedrijven in Nederland uit te voeren, omdat het heel lastig en risicovol werk is.”

Tanken is een specialistenklus
Niet alleen het gewicht van de machines, vrachtwagens en kranen is een issue in veengebieden, ook het tanken van het materieel onder deze omstandigheden is een specialistenklus. Vandaar dat de medewerkers van de bedrijven op tactische plekken de dieselcontainers geplaatst hebben. Zodoende kunnen de diverse machines tijdig van brandstof worden voorzien.

Tekst en beeld: Dick van Doorn




